Gaat rond het begin van 1950 s, evolueerde er een filosofie die gebaseerd is op de gezondheidsvoordelen van lichaamsbeweging. Als gevolg daarvan verschillende individuen, organisaties en de overheid begon het bevorderen van lichamelijke fitness programma's. Nochtans, werden deze programma's op basis van een atletische benadering die krachtige oefening benadrukt. En terwijl een bepaald percentage van de Amerikaanse bevolking omarmd deze doelstellingen, de meerderheid zetten hun sedentaire levensstijl. Toen in de jaren 1990 is een nieuwe aanpak naar voren dat erkende de gezondheidsvoordelen van matige fysieke activiteit en het belang van het opnemen van een groot deel van de bevolking. Dit leidde de American College of Sports Medicine te erkennen dat er een verschil was tussen het activiteitsniveau nodig is om conditie te bereiken en te handhaven en het activiteitenniveau nodig goed te bevorderen health.Throughout de 1990's meer studies erkend dat slechts een klein deel van de bevolking kon en zou voldoen aan de normen die gesteld waren voor krachtige fysieke activiteit. En duidelijke voordelen voor de gezondheid kan nog steeds worden gerealiseerd hoewel lagere niveaus van activiteit. Verder een zeer groot deel van de Amerikaanse bevolking sedentaire of volledig inactief. Dus een openbare gezondheidswinst kan worden gerealiseerd als deze groep kunnen worden aangemoedigd om deel te nemen in een aantal fysieke activiteit. Er was echter moeite met de beslissing hoeveel lichamelijke activiteit nodig was en of deze activiteit hetzelfde voor verschillende leeftijdsgroepen groups.Finally, in juni van 2007 een comite opgericht om te voldoen en stellen een reeks van fysieke activiteit richtlijnen voor de Amerikanen zou zijn. De commissie bestond uit artsen en wetenschappers uit toonaangevende ziekenhuizen, medische scholen en universiteiten in de Verenigde Staten. Na een grondige studie van het wetenschappelijk onderzoek, dat werd gepubliceerd met betrekking tot lichamelijke activiteit en gezondheid voor meer dan een decennium, de commissie ontwikkelde een set van richtlijnen en aanbevelingen die werd gepubliceerd in 2008. Volgens deze richtlijnen kinderen en adolescenten dienen aan minstens een uur en bij voorkeur meer gematigde of krachtige fysische activiteit per dag. Op ten minste drie dagen per week dit uur moet worden besteed aan krachtige fysieke activiteit. Daarnaast worden spierversterking en botopbouw activiteiten aanbevolen voor drie dagen een week.Adults werden geadviseerd om deel te nemen in twee en een half uur per week van matige aërobe activiteit, zoals wandelen, water-aerobics en dans. Dit komt neer op dertig minuten per dag kan worden opgedeeld in drie sessies. Wel moet elke sessie minstens tien minuten. Een uur en vijftien minuten van krachtige activiteit konden de twee en een half uur van matige activiteit te vervangen. De richtlijnen raden ook aan dat volwassenen presteren spierversterkende activiteiten minimaal twee dagen per week. Oudere volwassenen kregen het advies om oefeningen omvatten het handhaven en verbeteren evenwicht in aanvulling op naar aanleiding van de volwassen lijnen om het beste van hun capability.To hulp mensen volgen de richtlijnen, het Departement Volksgezondheid een boekje van advies voor particulieren getiteld Be Active Your Way. Naast persoonlijk advies over hoe om lichamelijke activiteit te integreren in je dagelijkse leven, het boekje bevat ook blanco formulieren die men kan gebruiken om hun activiteiten te traceren door de week.