Onderliggende ziekten kunnen chronisch, acuut of sluimerend zijn en kunnen al dan niet merkbare symptomen hebben. Enkele veel voorkomende voorbeelden van onderliggende ziekten zijn:
1. Chronische aandoeningen :
- Hartziekte (bijv. coronaire hartziekte, hartfalen)
- Diabetes (type 1 of type 2)
- Hypertensie (hoge bloeddruk)
- Astma
- Chronische nierziekte
- Kanker
- Auto-immuunziekten (bijv. lupus, reumatoïde artritis)
2. Acute omstandigheden :
- Infectie (bijv. longontsteking, urineweginfectie)
- Letsel (bijvoorbeeld hoofdtrauma, botbreuken)
- Hartinfarct
- Plotselinge hartstilstand
- Orgaanfalen
3. Genetische of ontwikkelingsstoornissen :
- Cystische fibrose
- Sikkelcelanemie
- Downsyndroom
- Aangeboren hartafwijkingen
- Genetische aanleg voor bepaalde ziekten
4. Geestelijke gezondheidsproblemen :
- Spanning
- Depressie
- Bipolaire stoornis
Wanneer een persoon een onderliggende ziekte heeft, kan dit van invloed zijn op zijn algehele gezondheid en welzijn, en mogelijk op zijn reactie op nieuwe ziekten, behandelingen of interventies. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg houden rekening met onderliggende ziekten bij het stellen van diagnoses, het vaststellen van behandelplannen en het beheren van de patiëntenzorg om de resultaten te optimaliseren en uitgebreide medische aandacht te bieden.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win