1. Planten:
- Kies een goed doorlatende locatie met gedeeltelijke schaduw, vooral tijdens warme middagen.
- Maak het plantgat twee keer zo breed als de kluit en even diep als de kluit.
- Maak voor het planten de wortels van de nandina voorzichtig los om de wortelgroei te bevorderen.
- Vul het gat met aarde, druk het aan en geef het grondig water.
2. Water geven:
- Geef uw nandina regelmatig water, vooral tijdens droge periodes.
- Streef ernaar om ongeveer 2,5 cm water per week te verstrekken.
- Geef diep water om diepe wortelgroei te bevorderen.
- Vermijd te veel water, omdat dit tot wortelrot kan leiden.
3. Bemesting:
- Bemest uw nandina één keer in het voorjaar met een uitgebalanceerde meststof met langzame afgifte.
- Vermijd bemesting in de late zomer of herfst, omdat dit nieuwe groei kan bevorderen die door vorst kan worden beschadigd.
4. Snoeien:
- Snoeien is bij nandina’s over het algemeen niet nodig, maar kan wel gedaan worden om de plant in vorm te brengen of om dode of zieke takken te verwijderen.
- Snoei in de late winter of het vroege voorjaar voordat de nieuwe groei begint.
- Verwijder beschadigde of gekruiste takken, evenals takken die tegen elkaar schuren.
5. Beheer van plagen en ziekten:
- Nandina's zijn over het algemeen ziekte- en plaagvrij.
- Let op ongedierte zoals bladluizen, schubben en wolluizen.
- Als u ongedierte opmerkt, behandel deze dan met geschikte insectendodende zeep of tuinbouwolie.
- In slecht doorlatende grond kunnen schimmelziekten voorkomen, zorg dus voor een goede afwatering.
Door deze verzorgingsrichtlijnen te volgen, kunt u uw nandina's helpen bloeien en schoonheid toevoegen aan uw tuin of landschap.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win