Besmetting of overdracht van infectieziekten vindt plaats wanneer een ziekteverwekker of infectieus agens het lichaam binnendringt en zich vermenigvuldigt, waardoor ziekte of infectie ontstaat. Infectieuze agentia omvatten bacteriën, virussen, schimmels en parasieten. Ze kunnen zich op verschillende manieren verspreiden, waaronder direct contact, overdracht via de lucht, contact met besmette oppervlakken, vectoren zoals muggen of teken, en besmet voedsel of water. Factoren zoals de gevoeligheid van de gastheer, het vermogen van de ziekteverwekker om over te dragen en omgevingsomstandigheden beïnvloeden de verspreiding van besmettelijke ziekten. Het begrijpen en beheersen van besmetting is van cruciaal belang voor de volksgezondheid en het voorkomen van de verspreiding van infecties binnen individuen, gemeenschappen en populaties.