Er zijn verschillende manieren waarop u het griepvirus kunt oplopen:

1. Direct contact met een besmette persoon. Dit is de meest voorkomende manier waarop het griepvirus zich verspreidt. Wanneer een besmette persoon hoest of niest, komen er kleine druppeltjes vloeistof vrij die het virus bevatten. Als u deze druppels inademt, kunt u besmet raken met griep.

2. Indirect contact met een besmette persoon. U kunt het griepvirus ook oplopen door oppervlakken of voorwerpen aan te raken die besmet zijn met het virus. Als u bijvoorbeeld een deurknop of aanrecht aanraakt die een besmette persoon heeft aangeraakt, kunt u het virus overbrengen op uw handen en vervolgens op uw gezicht.

3. Overdracht via de lucht. In sommige gevallen kan het griepvirus over korte afstanden via de lucht worden verspreid. Dit kan gebeuren wanneer een besmette persoon praat, zingt of hoest.

Het griepvirus is het meest besmettelijk tijdens de eerste 3-4 dagen van ziekte. Het kan echter nog steeds worden overgedragen tot een week nadat de symptomen zijn begonnen.

Hier zijn enkele dingen die u kunt doen om het risico op griep te verkleinen:

* Laat je elk jaar vaccineren. Het griepvaccin is de meest effectieve manier om griep te voorkomen.

* Was uw handen regelmatig met water en zeep.

* Raak uw gezicht niet aan.

* Bedek je neus en mond als je hoest of niest.

* Blijf thuis als je ziek bent.

* Vermijd nauw contact met mensen die ziek zijn.