1. Introductie van bacteriën:Tijdens de katheterisatieprocedure kunnen bacteriën uit de huid rond de urethra onbedoeld in de urinewegen worden geïntroduceerd. Deze bacteriën kunnen vervolgens via de katheter in de blaas terechtkomen, wat tot een infectie kan leiden.
2. Verstoring van de natuurlijke afweer:De urethra en de blaas hebben natuurlijke afweermechanismen die infectie helpen voorkomen, waaronder de spoelende werking van urine en de aanwezigheid van nuttige bacteriën. Katheterisatie omzeilt deze verdedigingsmechanismen, waardoor de urinewegen kwetsbaarder worden voor infecties.
3. Urinestasis:Verblijfskatheters kunnen leiden tot urinestasis, die optreedt wanneer de urinestroom wordt belemmerd of vertraagd. Hierdoor kunnen bacteriën zich gemakkelijker vermenigvuldigen en neemt de kans op infectie toe.
4. Kathetermateriaal:Sommige kathetermaterialen kunnen bacteriële kolonisatie en biofilmvorming bevorderen, waardoor het voor het lichaam moeilijker wordt om de infectie te genezen.
5. Slechte zorg voor de katheter:Onvoldoende onderhoud en verzorging van de katheter, zoals het niet regelmatig vervangen ervan, kan het risico op infectie vergroten.
6. Gastfactoren:Bepaalde personen kunnen gevoeliger zijn voor urineweginfecties, zoals mensen met een verzwakt immuunsysteem, diabetes of andere onderliggende medische aandoeningen.
Om het risico op infectie te minimaliseren, volgen beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg strikte protocollen voor het inbrengen en onderhouden van de katheter. Deze protocollen omvatten het gebruik van steriele technieken, het toepassen van passende antimicrobiële maatregelen en het bieden van goede voorlichting aan patiënten. Regelmatige controle op tekenen van infectie, zoals koorts en troebele urine, is ook essentieel. Als er een infectie optreedt, zijn onmiddellijke verwijdering van de katheter en een geschikte antibioticatherapie noodzakelijk.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win