Spiernamen zijn op verschillende manieren afgeleid, waaronder:

1. Oorsprong en invoeging :De namen van spieren zijn vaak gebaseerd op hun oorsprong en insertie. De biceps brachii-spier is bijvoorbeeld afkomstig van twee koppen (biceps) en wordt ingebracht op het radiusbot van de onderarm (brachii).

2. Actie :Spieren worden ook genoemd op basis van hun hoofdfunctie of actie. De flexor carpi radialis-spier buigt (buigt) bijvoorbeeld de pols (carpus) en bevindt zich aan de radiale zijde van de onderarm.

3. Locatie :Spieren kunnen een naam krijgen op basis van hun anatomische locatie. De grote borstspier bevindt zich bijvoorbeeld in het borstgebied (pectoraal).

4. Grootte :Spieren kunnen een naam krijgen op basis van hun grootte. De vastus lateralis-spier is bijvoorbeeld de grootste spier in de quadricepsgroep aan de voorkant van de dij.

5. Vorm :Spieren kunnen worden benoemd op basis van hun vorm. De deltaspier is bijvoorbeeld driehoekig van vorm (delta) en bevindt zich op de schouder.

6. Innervatie :Spieren kunnen een naam krijgen op basis van de zenuw die ze voedt. De middenrifzenuw innerveert bijvoorbeeld de middenrifspier.

7. Gelijknamige :Sommige spieren zijn vernoemd naar de persoon die ze voor het eerst beschreef. De sartoriusspier is bijvoorbeeld vernoemd naar de Italiaanse anatoom Giovanni Battista Sarto.