De spanning die door het ventrikel wordt ontwikkeld tijdens de systole wordt intraventriculaire systolische druk genoemd. Het is een maatstaf voor de kracht die wordt gegenereerd door de samentrekking van de ventriculaire spieren tijdens de systolefase van de hartcyclus. Het normale bereik voor intraventriculaire systolische druk ligt tussen 100 en 140 mmHg. Deze druk is essentieel voor het voortstuwen van bloed uit de ventrikels en in de slagaders tijdens de systole.