Marathonlopers gebruiken voornamelijk langzame spiervezels, ook wel Type I-spiervezels genoemd. Deze spiervezels zijn zeer geschikt voor duuractiviteiten zoals marathons vanwege hun vermogen om langdurige kracht te genereren. Slow Twitch-vezels hebben een hoge concentratie mitochondriën, die energie produceren via het aërobe metabolisme van vetzuren en koolhydraten. Ze zijn vermoeidheidsbestendig en kunnen een stabiel tempo aanhouden over lange afstanden, waardoor ze ideaal zijn voor de uithoudingseisen van marathonlopen.
Snelle spiervezels, of Type II-spiervezels, zijn beter geschikt voor korte, explosieve uitbarstingen van activiteit. Ze genereren snel kracht, maar worden gemakkelijker vermoeid. Marathonlopers kunnen in mindere mate snelle spiervezels gebruiken tijdens de eerste acceleratie of sprintfinish, maar zij zijn niet in de eerste plaats verantwoordelijk voor de aanhoudende inspanning die nodig is om een marathon te voltooien.