Het skeletsysteem heeft op een aantal manieren interactie met andere lichaamssystemen, waaronder:

* Het skeletsysteem biedt ondersteuning en bescherming voor de organen van het lichaam. De botten van het skelet vormen een stijf raamwerk dat het lichaam ondersteunt en de organen tegen letsel beschermt. De schedel beschermt bijvoorbeeld de hersenen en de ribbenkast beschermt het hart en de longen.

* Het skeletsysteem werkt samen met het spierstelsel om beweging te produceren. De spieren hechten zich aan de botten en trekken eraan om het lichaam te bewegen. De bicepsspier trekt bijvoorbeeld samen om de elleboog te buigen, en de quadricepsspier trekt samen om de knie te strekken.

* Het skeletsysteem slaat mineralen op en produceert bloedcellen. De botten slaan calcium en fosfor op, essentiële mineralen voor het lichaam. Het beenmerg produceert rode bloedcellen, die zuurstof door het lichaam transporteren, en witte bloedcellen, die infecties bestrijden.

* Het skeletsysteem helpt bij het reguleren van de lichaamstemperatuur. De botten geven warmte af als ze warm zijn en absorberen warmte als ze koud zijn, waardoor de lichaamstemperatuur constant blijft.

* Het skeletsysteem heeft ook een wisselwerking met het endocriene systeem, dat hormonen produceert die de groei en ontwikkeling van het skelet reguleren. Groeihormoon wordt bijvoorbeeld geproduceerd door de hypofyse en helpt de groei van botten tijdens de kindertijd en adolescentie te bevorderen.