Bij 6 weken en 3 dagen zwangerschap is de kans op een miskraam ongeveer 10-15%. Het is echter belangrijk om te onthouden dat dit een statistisch gemiddelde is en dat individuele risico's kunnen variëren. Het risico op een miskraam neemt aanzienlijk af naarmate de zwangerschap vordert. Na twaalf weken zwangerschap daalt het risico op een miskraam tot minder dan 5% en tegen twintig weken is dit minder dan 1%.

Een miskraam komt veel voor en treft ongeveer 15-20% van alle klinisch erkende zwangerschappen. De meerderheid van de miskramen (80-85%) gebeurt binnen de eerste 12 weken van de zwangerschap. De meeste miskramen worden veroorzaakt door chromosomale afwijkingen, die willekeurige gebeurtenissen zijn en doorgaans geen verband houden met de gezondheid of levensstijl van de zwangere persoon.

Als u zich zorgen maakt over uw risico op een miskraam, is het belangrijk om met uw zorgverlener te praten. Zij kunnen uw individuele risicofactoren in kaart brengen en u ondersteunen en begeleiden tijdens uw zwangerschap.