Alcohol beïnvloedt de ademhaling op een aantal manieren:

- Depressieve werking op het centrale zenuwstelsel :Alcohol onderdrukt de activiteit van het centrale zenuwstelsel, inclusief het ademhalingscentrum in de hersenen. Dit kan leiden tot een vertraging van de ademhalingsfrequentie en een afname van de ademhalingsdiepte.

- Verslechtering van de ademhalingsspierfunctie :Alcohol kan ook de functie van de ademhalingsspieren aantasten, waardoor het moeilijker wordt om te ademen. Dit komt omdat alcohol de overdracht van zenuwimpulsen van de hersenen naar de spieren kan verstoren, en ook de spieren zelf kan verzwakken.

- Verhoogde productie van slijm :Alcohol kan de slijmproductie in de luchtwegen verhogen. Dit kan het moeilijker maken om te ademen en kan ook leiden tot hoesten en piepende ademhaling.

- Verhoogd risico op infectie :Alcohol kan ook het risico op infectie in de luchtwegen vergroten. Dit komt omdat alcohol de bekleding van de luchtwegen kan beschadigen, waardoor deze vatbaarder wordt voor infecties.

- Verhoogd risico op ongevallen :Alcohol kan ook het risico vergroten op ongevallen die kunnen leiden tot ademhalingsletsel, zoals auto-ongelukken en vallen.