1. Patiëntvertrouwelijkheid: Artsen moeten de privacy van patiënten respecteren en handhaven. Alle medische informatie, gesprekken en dossiers moeten vertrouwelijk worden behandeld, behalve in gevallen waarin openbaarmaking wettelijk vereist of noodzakelijk is voor het bieden van optimale patiëntenzorg.
2. Geïnformeerde toestemming: Alvorens medische procedures of behandelingen uit te voeren, moeten artsen patiënten uitgebreide informatie verstrekken over de aard, risico's, voordelen en alternatieven van de voorgestelde handelwijze. Patiënten moeten vóór elke medische interventie geïnformeerde toestemming geven.
3. Professionele competentie: Artsen moeten een hoog niveau van professionele competentie behouden door hun kennis en vaardigheden voortdurend bij te schaven. Ze moeten op de hoogte blijven van de medische vooruitgang en beste praktijken om patiënten effectieve zorg te bieden.
4. Respect voor patiënten: Artsen moeten hun patiënten met respect, empathie en mededogen behandelen. Ze moeten de autonomie van de patiënt waarderen en hen betrekken bij besluitvormingsprocessen met betrekking tot hun gezondheidszorg.
5. Non-discriminatie: Artsen moeten medische zorg verlenen zonder enige vorm van discriminatie op basis van ras, etniciteit, geslacht, religie, seksuele geaardheid, handicap of sociaal-economische status.
6. Ethische besluitvorming: Artsen moeten zich in hun praktijk aan ethische principes houden, vooral in gevallen waarbij complexe medische beslissingen betrokken zijn. Ethische overwegingen zoals weldadigheid (goed doen), geen kwaad doen (schade vermijden), respect voor autonomie en rechtvaardigheid moeten als leidraad dienen voor hun beslissingen.
7. Belangenverstrengeling: Artsen moeten belangenconflicten vermijden die kunnen voortkomen uit financiële prikkels of persoonlijke relaties die mogelijk hun medisch oordeel kunnen beïnvloeden en de patiëntenzorg kunnen beïnvloeden.
8. Spoedzorg: In noodsituaties moeten artsen naar beste vermogen onmiddellijke medische hulp verlenen, ongeacht het betaalvermogen van een patiënt of zijn verzekeringsstatus.
9. Transparantie: Artsen moeten open en eerlijk zijn tegenover hun patiënten over hun medische aandoeningen en behandelplannen. Ze moeten duidelijke uitleg geven en vragen beantwoorden op een manier die patiënten gemakkelijk kunnen begrijpen.
10. Continue kwaliteitsverbetering: Artsen moeten actief deelnemen aan kwaliteitsverbeteringsinitiatieven binnen hun praktijk. Ze moeten zich bezighouden met zelfevaluatie, peer review en voortdurend leren om de kwaliteit van de gezondheidszorg aan hun patiënten te verbeteren.
Door zich aan deze regels te houden, kunnen artsen hun professionele verantwoordelijkheden nakomen, de patiëntveiligheid garanderen en vertrouwen en een goede verstandhouding met hun patiënten opbouwen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win