1. Spina Bifida: Dit is een neuraalbuisdefect dat ontstaat als het ruggenmerg zich niet goed ontwikkelt. Prenatale chirurgie kan worden uitgevoerd om de opening in de wervelkolom te sluiten en verdere schade aan het ruggenmerg te voorkomen.
2. Congenitale hernia diafragmatica (CDH): Deze aandoening treedt op als er een gat in het middenrif zit, de spier die de borstkas van de buik scheidt. Hierdoor kunnen de buikorganen omhoog bewegen in de borstkas en kunnen ernstige ademhalingsproblemen ontstaan. Prenatale chirurgie kan worden uitgevoerd om het gat te repareren en de longen normaal te laten ontwikkelen.
3. Tweeling-naar-tweelingtransfusiesyndroom (TTTS): Deze aandoening komt voor bij monochoriale tweelingzwangerschappen, waarbij de tweeling een enkele placenta deelt. TTS brengt een ongelijke verdeling van de bloedstroom tussen de tweelingen met zich mee, wat tot ernstige complicaties kan leiden. Prenatale chirurgie kan worden uitgevoerd om de bloedstroom in evenwicht te brengen en de resultaten voor beide tweelingen te verbeteren.
4. Aangeboren hartafwijkingen: Bepaalde soorten aangeboren hartafwijkingen kunnen worden behandeld met prenatale chirurgie. Sommige hartafwijkingen, zoals aortastenose of hypoplastisch linkerhartsyndroom, kunnen bijvoorbeeld vóór de geboorte een chirurgische ingreep vereisen om de overlevingskansen van de baby te vergroten.
5. Urinewegobstructie: Aandoeningen die de urinestroom van de nieren naar de blaas belemmeren, zoals de achterste urethrale kleppen of urethrale atresie, kunnen tijdens de zwangerschap operatief worden gecorrigeerd. Dit kan schade aan de nieren en andere complicaties voorkomen.
6. Hydrocephalus: Deze aandoening wordt gekenmerkt door een teveel aan hersenvocht (CSF) in de hersenen, wat leidt tot verhoogde druk op de hersenen. Prenatale chirurgie kan worden uitgevoerd om een shunt in te brengen om het overtollige CSV af te voeren en de druk te verlichten.
7. Teratomen: Dit zijn tumoren die ontstaan uit kiemcellen en overal in het lichaam kunnen voorkomen. Bij sommige teratomen kan een prenatale operatie nodig zijn om ze te verwijderen of te verkleinen, vooral als ze complicaties veroorzaken zoals luchtwegobstructie of hydrops foetalis.
8. Potter-syndroom: Deze zeldzame aandoening wordt gekenmerkt door ernstige oligohydramnion (gebrek aan vruchtwater), wat leidt tot een abnormale ontwikkeling van de foetus, waaronder pulmonale hypoplasie (onderontwikkelde longen). In bepaalde gevallen kan prenatale chirurgie worden uitgevoerd om het vruchtwatervolume te vergroten en de longontwikkeling te ondersteunen.
9. Prune Belly-syndroom: Deze aandoening omvat een combinatie van afwezige of zwakke buikspieren, onderontwikkelde longen en urinewegafwijkingen. Prenatale chirurgie kan nodig zijn om de urinewegproblemen te corrigeren en de blaasobstructie te verlichten.
10. Tracheale atresie: Dit is een zeldzame aandoening waarbij de luchtpijp (luchtpijp) geblokkeerd of onvolledig gevormd is, waardoor wordt voorkomen dat lucht de longen bereikt. Prenatale chirurgie kan worden uitgevoerd om een luchtweg te creëren en de baby na de geboorte te laten ademen.
Het is belangrijk op te merken dat prenatale chirurgie een complexe en gespecialiseerde procedure is die alleen mag worden uitgevoerd door ervaren chirurgen in centra met de juiste expertise en middelen. De beslissing om prenatale chirurgie uit te voeren wordt zorgvuldig overwogen op basis van de specifieke aandoening, de potentiële risico's en voordelen, en de ervaring van het betrokken zorgteam.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win