Het verwijderen van een hersentumor kan soms geheugenverlies veroorzaken, afhankelijk van de locatie en grootte van de tumor en het type operatie dat wordt uitgevoerd. Tumoren die zich in of nabij geheugengerelateerde gebieden van de hersenen bevinden, zoals de temporale kwabben of de hippocampus, kunnen na de operatie waarschijnlijker geheugenproblemen veroorzaken. Bovendien kan de omvang van de operatie die nodig is om de tumor te verwijderen ook de geheugenfunctie beïnvloeden. Een grotere operatie of een operatie waarbij meer hersenweefsel wordt verwijderd, kan bijvoorbeeld eerder tot geheugenverlies leiden.
In sommige gevallen kan geheugenverlies veroorzaakt door een hersentumoroperatie tijdelijk zijn en in de loop van de tijd verbeteren naarmate de hersenen genezen en herstellen. In andere gevallen kan geheugenverlies echter permanent zijn. Artsen bespreken doorgaans vóór de operatie de potentiële risico's van geheugenverlies en andere cognitieve problemen, zodat patiënten weloverwogen beslissingen kunnen nemen over hun behandelingsopties.