Wanneer een persoon wordt gevaccineerd tegen hepatitis B of herstelt van een natuurlijke HBV-infectie, produceert zijn immuunsysteem antilichamen die specifiek gericht zijn op het herkennen en binden aan het hepatitis B-oppervlakteantigeen (HBsAg), een eiwit dat op het oppervlak van de HBV wordt aangetroffen. Deze antilichamen, bekend als anti-HBs-antilichamen, neutraliseren HBsAg en voorkomen dat het virus de levercellen infecteert en hepatitis B veroorzaakt.
Daarom duidt de aanwezigheid van hepatitis B-antilichamen op immuniteit tegen de ziekte en voorkomt het herinfectie met HBV. Het is niet mogelijk dat hepatitis B-antilichamen hepatitis B veroorzaken als ze worden doorgegeven aan een ander individu.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win