DNA, of deoxyribonucleïnezuur, is een molecuul dat de instructies bevat voor de ontwikkeling en kenmerken van een organisme. Het wordt aangetroffen in de celkern en bestaat uit vier verschillende soorten nucleotiden:adenine, cytosine, guanine en thymine. De volgorde van deze nucleotiden bepaalt de genetische code, die door cellen wordt gelezen om eiwitten te produceren. Eiwitten zijn de bouwstenen van cellen en weefsels en vervullen een verscheidenheid aan functies, waaronder het reguleren van genexpressie, het katalyseren van chemische reacties en het transporteren van moleculen.
Bij hartontwikkeling bevat het DNA in de cellen van het embryo de instructies voor het vormen van een hart. Deze instructies worden door de cellen gelezen en gebruikt om eiwitten te produceren die betrokken zijn bij de ontwikkeling van het hart. Sommige eiwitten zijn bijvoorbeeld betrokken bij de vorming van de hartkamers, terwijl andere betrokken zijn bij de ontwikkeling van de hartkleppen. Het DNA bevat ook de instructies over hoe het hart moet functioneren, zoals hoe snel het moet kloppen en hoeveel bloed het moet rondpompen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win