Oorzaken van vleesbomen:

De exacte oorzaken van vleesbomen worden niet volledig begrepen. Er wordt echter aangenomen dat verschillende factoren een rol spelen bij de vorming ervan:

Hormonale onevenwichtigheden: Oestrogeen en progesteron, twee hormonen die betrokken zijn bij het reguleren van de menstruatiecyclus, kunnen bijdragen aan de groei van vleesbomen. Hoge niveaus van oestrogeen en progesteron kunnen ervoor zorgen dat de cellen in de baarmoederwand zich snel vermenigvuldigen, wat leidt tot de ontwikkeling van vleesbomen.

Genetische factoren: Sommige vrouwen hebben meer kans op het ontwikkelen van vleesbomen dan andere vanwege genetische aanleg. Als u een familiegeschiedenis van vleesbomen heeft, loopt u mogelijk een verhoogd risico om deze te ontwikkelen.

Andere factoren die het risico op het ontwikkelen van baarmoederfibromen kunnen vergroten zijn:

- Race: Afro-Amerikaanse vrouwen hebben meer kans op het ontwikkelen van vleesbomen dan blanke vrouwen.

- Leeftijd: Vleesbomen komen het meest voor bij vrouwen tussen de 30 en 50 jaar.

- Obesitas: Vrouwen met obesitas of overgewicht hebben een grotere kans op het ontwikkelen van vleesbomen.

- Vroege menstruatie: Vrouwen die op jonge leeftijd beginnen te menstrueren, hebben een grotere kans op het ontwikkelen van vleesbomen.

- Vitamine D-tekort: Lage niveaus van vitamine D zijn in verband gebracht met een verhoogd risico op het ontwikkelen van vleesbomen.

- Hoge bloeddruk: Vrouwen met hoge bloeddruk hebben meer kans op vleesbomen.

- Diabetes: Vrouwen met diabetes hebben meer kans op vleesbomen.

- Geschiedenis van seksueel overdraagbare aandoeningen (soa's): Vrouwen met een voorgeschiedenis van bepaalde seksueel overdraagbare aandoeningen, zoals chlamydia, hebben meer kans op het ontwikkelen van vleesbomen.