Cystic fibrosis is een autosomaal recessieve genetische aandoening, wat betekent dat beide kopieën van het gen defect moeten zijn voordat de ziekte zich kan ontwikkelen. Dragers hebben slechts één kopie van het defecte gen en één kopie van het normale gen. Zij hebben zelf geen cystische fibrose, maar kunnen het defecte gen wel doorgeven aan hun kinderen.
Als een drager kinderen krijgt met iemand die ook het defecte gen draagt, is er een kans van 25% dat elk kind cystische fibrose krijgt, een kans van 50% dat elk kind drager is en een kans van 25% dat elk kind dat ook krijgt. onaangetast.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win