Volgens psychoanalyticus Sigmund Freud zijn eetstoornissen het resultaat van onbewuste conflicten die hun oorsprong vinden in de kindertijd. Freud geloofde dat mensen met een eetstoornis gefixeerd zijn in een vroeg stadium van de psychoseksuele ontwikkeling, en dat hun symptomen een manier zijn om onbewuste verlangens en conflicten te uiten.
Mondelinge fase
Freud geloofde dat mensen met een eetstoornis gefixeerd zijn op de orale ontwikkelingsfase, de eerste levensfase. Tijdens deze fase ontlenen baby's plezier aan het zuigen en eten. Mensen die in dit stadium gefixeerd zijn, kunnen een orale fixatie hebben, wat betekent dat ze plezier blijven zoeken in orale activiteiten, zoals eten. Dit kan leiden tot overeten of eetbuien.
Anale fase
Freud geloofde ook dat mensen met eetstoornissen gefixeerd kunnen zijn in het anale ontwikkelingsstadium. Tijdens deze fase leren kinderen over controle en autonomie. Mensen die in dit stadium gefixeerd zijn, kunnen een anale fixatie hebben, wat betekent dat ze gepreoccupeerd zijn met controle en orde. Dit kan leiden tot restrictief eten of anorexia nervosa.
Phallisch stadium
Ten slotte geloofde Freud dat mensen met eetstoornissen gefixeerd kunnen zijn in het fallische ontwikkelingsstadium. Tijdens deze fase beginnen kinderen een gevoel van hun genderidentiteit en seksualiteit te ontwikkelen. Mensen die in dit stadium gefixeerd zijn, kunnen een fallische fixatie hebben, wat betekent dat ze gepreoccupeerd zijn met seksuele macht en dominantie. Dit kan leiden tot boulimia nervosa, die wordt gekenmerkt door eetbuien en purgeren.
Behandeling
Psychoanalytische behandeling van eetstoornissen houdt doorgaans in dat patiënten worden geholpen zich bewust te worden van hun onbewuste conflicten en gezondere manieren te ontwikkelen om met deze conflicten om te gaan. De behandeling kan ook betrekking hebben op het aanpakken van onderliggende problemen, zoals trauma of misbruik uit de kindertijd, die mogelijk bijdragen aan de eetstoornis.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win