*Sommige mensen hebben een grotere kans om verslaafd te raken aan drugs en alcohol dan anderen vanwege hun genen.
* Uit onderzoek is gebleken dat genetica verantwoordelijk is voor ongeveer 50% van het risico op verslaving.
* Genen die betrokken zijn bij verslaving zijn onder meer genen die het beloningssysteem, de impulsiviteit en de stressreactie van de hersenen beïnvloeden.
Hersenchemie
* Drugs en alcohol kunnen de manier waarop de hersenen werken veranderen.
* Ze kunnen het niveau van dopamine verhogen, een neurotransmitter die betrokken is bij plezier en beloning.
* Ze kunnen ook de hoeveelheid serotonine verlagen, een neurotransmitter die betrokken is bij stemming en slaap.
* Deze veranderingen in de chemie van de hersenen kunnen tot verslaving leiden.
Psychische stoornissen
* Mensen met psychische stoornissen hebben meer kans op het ontwikkelen van verslavingen.
* Dit komt omdat psychische stoornissen het vermogen van iemand kunnen belemmeren om gezonde beslissingen te nemen, met stress om te gaan en met moeilijke emoties om te gaan.
* Psychische stoornissen die vaak met verslaving in verband worden gebracht, zijn onder meer depressie, angst, bipolaire stoornis en schizofrenie.
Omgevingsfactoren
* Omgevingsfactoren kunnen ook een rol spelen bij verslaving.
* Deze factoren omvatten:
* Stress
* Trauma
* Groepsdruk
* Armoede
* Gebrek aan opleiding
* Blootstelling aan drugs en alcohol
* Omgevingsfactoren kunnen het risico op verslaving vergroten, maar bepalen niet of iemand verslaafd raakt of niet.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win