De Coelacanth, een ernstig bedreigde vis uit het Krijt-tijdperk, bezit verschillende fascinerende aanpassingen die zijn overleving in de diepe oceaan mogelijk maken. Een van deze aanpassingen is het unieke drijfsysteem. De coelacanth regelt zijn drijfvermogen voornamelijk door de hoeveelheid olie die in zijn lever is opgeslagen aan te passen.
De lever van de coelacanth is goed voor ongeveer een derde van zijn totale lichaamsgewicht en bestaat uit grote vetopslagcellen die hepatocyten worden genoemd. Deze hepatocyten bevatten reservoirs gevuld met een verscheidenheid aan oliën en vetten. Door de hoeveelheid olie in de lever nauwkeurig te reguleren, kan de coelacanth de algehele dichtheid ervan veranderen. Wanneer de coelacanth het drijfvermogen moet vergroten, verzamelt hij meer olie in de lever, waardoor deze minder dicht wordt en gemakkelijker drijvend kan blijven. Omgekeerd kan het, om het drijfvermogen te verminderen, het oliegehalte verminderen, de dichtheid verhogen en dieper duiken mogelijk maken.
Dit gecontroleerde drijfvermogen is essentieel voor het voortbestaan van de coelacanth in de diepzeeomgeving, waar hij wordt geconfronteerd met variërende waterdrukken en -dichtheden. Door het drijfvermogen zorgvuldig aan te passen, kan de coelacanth op specifieke diepten blijven en efficiënt door de omgeving navigeren. Bovendien speelt het drijfsysteem een cruciale rol in zijn voedingsgedrag, waardoor de coelacanth moeiteloos kan manoeuvreren bij het achtervolgen van prooien.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win