Het bloed is een voorbeeld van een heterogene oplossing, omdat het meerdere opgeloste deeltjes bevat die in verschillende oplosmiddelen zijn opgelost en er niet overal uniform uitziet. Plasma, water, witte bloedcellen, rode bloedcellen, bloedplaatjes, hormonen, zouten, kooldioxide, zuurstof en afvalproducten zijn allemaal stoffen die in het bloed gesuspendeerd en opgelost zijn.