Een INR-bloedtest (international normalised ratio) meet hoe lang het duurt voordat uw bloed stolt. Deze test wordt gebruikt om de effecten van bloedverdunners (anticoagulantia), zoals warfarine (Coumadin), te controleren. INR-bloedtesten worden ook gebruikt om mensen met een leverziekte of andere aandoeningen die de bloedstolling beïnvloeden te controleren.

De INR-bloedtest meet de tijd die nodig is voordat het plasma in uw bloed stolt als er chemicaliën aan worden toegevoegd. De resultaten worden gerapporteerd als een verhouding van de tijd die uw plasma nodig heeft om te stollen vergeleken met de tijd die normaal plasma nodig heeft om te stollen.

Een normale INR ligt tussen 2,0 en 3,0. De doel-INR voor mensen die warfarine gebruiken, kan echter variëren, afhankelijk van hun toestand.

De INR-bloedtest is een eenvoudige bloedtest die kan worden uitgevoerd in een dokterspraktijk of laboratorium. De testresultaten zijn doorgaans binnen enkele dagen beschikbaar.

Als u warfarine gebruikt, moet u mogelijk regelmatig INR-bloedonderzoek laten doen om er zeker van te zijn dat het medicijn goed werkt. De testfrequentie kan variëren afhankelijk van uw toestand en de stabiliteit van uw INR.

Andere medicijnen die de INR-waarden kunnen beïnvloeden zijn onder meer:

- Aspirine

- Clopidogrel (Plavix)

- Ibuprofen (Advil, Motrin)

- Naproxen (Aleve)

- Fenytoïne (Dilantin)

- Rifampicine (Rifadin)

Neem contact op met uw arts of apotheker als u medicijnen gebruikt die uw INR kunnen beïnvloeden.