De osmotische druk van een oplossing wordt bepaald door de concentratie opgeloste deeltjes daarin. Bloedplasma heeft een hogere concentratie opgeloste deeltjes, zoals ionen, eiwitten en glucose, vergeleken met speeksel. Daarom heeft bloedplasma een hogere osmotische druk dan speeksel.
Wanneer speeksel in contact komt met bloedplasma, verplaatsen watermoleculen zich door osmose van het bloedplasma naar het speeksel. Deze beweging van water verdunt het speeksel en verhoogt de osmotische druk. Het speeksel blijft echter zelfs na deze verdunning hypotoon ten opzichte van het bloedplasma.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win