Een ouder met AB-bloed kan geen kind met O-bloed voortbrengen.

Een persoon met AB-bloed heeft zowel A- als B-antigenen op zijn rode bloedcellen, en noch anti-A- noch anti-B-antilichamen in zijn plasma. Om een ​​kind met O-bloed voort te brengen, zou het kind een O-allel van beide ouders moeten erven. Een ouder met AB-bloed kan echter alleen A- of B-allelen doorgeven en kan dus geen kind met O-bloed voortbrengen.