1. Inademing:Wanneer we inademen (inademen), komt lucht het lichaam binnen via de neus of mond en stroomt door de luchtpijp (luchtpijp). De luchtpijp verdeelt zich in twee bronchiën, één die naar elke long leidt. De bronchiën vertakken zich verder in kleinere luchtwegen, bronchiolen genaamd, die leiden naar kleine luchtzakjes die bekend staan als longblaasjes.
2. Gasuitwisseling in de longblaasjes:De longblaasjes zijn omgeven door haarvaten, dit zijn kleine bloedvaten. Zuurstof uit de lucht in de longblaasjes diffundeert door de dunne wanden van de longblaasjes en haarvaten en komt in de bloedbaan terecht. Tegelijkertijd diffundeert koolstofdioxide vanuit het bloed naar de longblaasjes om uit te ademen.
3. Zuurstoftransport door hemoglobine:Zuurstofmoleculen hechten zich aan hemoglobine, een eiwit dat aanwezig is in rode bloedcellen. Hemoglobine bindt zich aan zuurstof en transporteert dit door de bloedbaan. Elke rode bloedcel bevat miljoenen hemoglobinemoleculen, waardoor de hoeveelheid zuurstof die kan worden getransporteerd wordt gemaximaliseerd.
4. Zuurstofarme bloedretour:Nadat zuurstof aan de lichaamsweefsels is afgegeven, keert het zuurstofarme (zuurstofarme) bloed via de aderen terug naar de longen. In de longen geeft het bloed zijn koolstofdioxide af en begint de cyclus van gasuitwisseling opnieuw.
5. Uitademen:De kooldioxiderijke lucht wordt uit de longen verdreven als we uitademen (uitademen).
Samenvattend spelen de longen een cruciale rol bij het doorgeven van zuurstof aan het bloed via het proces van gasuitwisseling. Zuurstof uit de lucht wordt door de longen opgenomen en door hemoglobine in de rode bloedcellen naar de lichaamsweefsels getransporteerd, terwijl koolstofdioxide wordt verwijderd en uitgeademd. Dit ingewikkelde proces zorgt ervoor dat het lichaam een continue toevoer van zuurstof krijgt en afvalproducten elimineert.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win