Wanneer volbloed wordt gecentrifugeerd, wordt het in verschillende lagen gescheiden op basis van de dichtheid en grootte van de componenten. De volgende lagen kunnen worden waargenomen:

1. Plasma:De bovenste laag is plasma, de vloeibare component van bloed. Het bevat water, elektrolyten, eiwitten, hormonen en diverse andere stoffen.

2. Buffy Coat:Net onder het plasma bevindt zich een dunne laag die de buffy coat wordt genoemd. Het bevat witte bloedcellen (leukocyten) en bloedplaatjes (trombocyten).

3. Rode bloedcellen (erytrocyten):Het grootste deel van het gecentrifugeerde bloed wordt ingenomen door rode bloedcellen. Het zijn de meest voorkomende bloedcellen en transporteren zuurstof door het lichaam.

4. Packed Cell Volume (PCV) of hematocriet:De PCV of hematocriet verwijst naar het volumepercentage rode bloedcellen in het volbloedmonster. Het wordt gemeten na centrifugeren en geeft informatie over het aandeel rode bloedcellen in het totale bloedvolume.

5. Sediment:Helemaal onderaan de centrifugebuis kan zich een klein laagje sediment bevinden. Het bestaat uit zwaardere componenten zoals niet-cellulair afval en beschadigde bloedcellen.

Het centrifugatieproces maakt de scheiding van verschillende bloedbestanddelen mogelijk op basis van hun dichtheid en grootte. Dit is nuttig voor verschillende doeleinden, waaronder diagnostische tests, het verzamelen van bloedbestanddelen voor transfusie en verdere analyse van specifieke bloedbestanddelen.