Neurologisch systeem:

- Krimp van de hersenen :De hersenen, met name bepaalde gebieden zoals de hippocampus en de temporale cortex, krimpen in omvang naarmate neuronen verloren gaan.

- Verstoring van neurotransmitters: De productie of functie van neurotransmitters, de chemische boodschappers die ervoor zorgen dat neuronen kunnen communiceren, wordt beïnvloed. Bij dementie is er een tekort aan neurotransmitters zoals acetylcholine en dopamine.

Cognitieve functies :

- Geheugenstoornis :Moeite met het herinneren van zowel recente als afstandelijke informatie, geheugenverlies op de korte termijn en moeite met het leren van nieuwe informatie zijn veel voorkomende vroege symptomen van dementie.

- Taalproblemen: De spraak kan aarzelend of onduidelijk worden, problemen met het vinden van woorden, problemen met het begrijpen van gesproken of geschreven taal.

- Visueel-ruimtelijke beperking: Problemen met dieptewaarneming en slecht inschatting van afstand, evenals moeite met lezen, schrijven en tekenen.

- Uitvoerende functies afnemen :Uitdagingen op het gebied van plannen, organiseren, besluitvorming, probleemoplossing en abstract denken.

Psychiatrische symptomen :

- Depressie: Slecht humeur, verlies van interesse in activiteiten, verstoring van de slaap, veranderingen in eetlust of gewicht, vermoeidheid en gevoelens van hopeloosheid.

- Angst: Verhoogde gevoelens van nervositeit, zorgen of angst, vergezeld van fysieke symptomen zoals hartkloppingen, zweten of spierspanning.

- Agitatie: rusteloosheid, doelloos ronddwalen of repetitieve handelingen, vaak veroorzaakt door onderliggende angst.

- Psychose: Hallucinaties (dingen zien of horen die er niet zijn) en wanen (sterke, vaste valse overtuigingen die niet door de werkelijkheid worden ondersteund).

- Persoonlijkheids- en gedragsveranderingen: Verhoogde prikkelbaarheid, sociale terugtrekking, gebrek aan empathie, verminderde remmingen en dwangmatig of agressief gedrag.

Fysieke functies:

- Moeite met motorische coördinatie: Problemen met evenwicht, lopen en coördinatie kunnen optreden naarmate de aandoening vordert, wat leidt tot een verhoogd risico op vallen.

- Verhoogde gevoeligheid voor infecties: Mensen met dementie kunnen een verminderde immuunfunctie ervaren, waardoor ze vatbaarder worden voor infecties zoals longontsteking.

- Incontinentie: Verlies van controle over de blaas of de darmen.

- Dysfagie: Moeilijkheden met slikken.

- Gewichtsverlies: Verminderde eetlust, verminderd smaak- en reukvermogen of moeite met kauwen en slikken kunnen tot gewichtsverlies leiden.

- Slaapstoornissen: Verstoorde slaappatronen, waaronder slapeloosheid, overmatige slaperigheid overdag en nachtelijk ronddwalen.