De schildklier scheidt het hormoon thyroxine af, dat functioneert als een regulator van de lichaamsstofwisseling en groei. Het hormoon versnelt de eiwitsynthese, het energieverbruik en de warmteproductie. Te veel schildklierhormoon (hyperthyreoïdie) resulteert in tachycardie, een verhoogde hartslag, terwijl te weinig schildklierhormoon (hypothyreoïdie) bradycardie, een verlaagde hartslag, veroorzaakt.