Het grote schildvormige schildklierkraakbeen dat naar voren uitsteekt, wordt de adamsappel genoemd. Het is een prominent anatomisch kenmerk van de nek, vooral bij mannen, en wordt gevormd door de versmelting van de twee laminae van het schildkraakbeen. De adamsappel is vernoemd naar de bijbelse figuur Adam, omdat men geloofde dat deze het resultaat was van Adams zonde en de daaropvolgende verdrijving uit de Hof van Eden.