1. Communicatie:
- Zorg voor een open communicatie met de persoon. Begrijp hun voorkeuren, zorgen en comfortniveaus.
2. Bedpositionering:
- Zorg voor een goede lichaamshouding om doorligwonden en ongemak te voorkomen. Gebruik kussens voor ondersteuning.
3. Hygiëne:
- Assisteren bij persoonlijke hygiënetaken, zoals baden en mondverzorging. Gebruik indien nodig een bedbad.
4. Voeding:
- Zorg voor een uitgebalanceerd dieet. Bied regelmatig kleine maaltijden aan als misselijkheid of ongemak optreedt.
5. Hydratatie:
- Zorg ervoor dat ze gehydrateerd blijven door regelmatig water en vloeistoffen aan te bieden.
6. Pijnbestrijding:
- Werk samen met zorgverleners om pijn effectief te behandelen. Volg de voorgeschreven medicatieschema's.
7. Oefening en beweging:
- Help met zachte oefeningen en bewegingen om spieratrofie te voorkomen. Raadpleeg een zorgverlener voor advies.
8. Darm- en blaasverzorging:
- Controleer de stoelgang en de urineproductie. Help indien nodig met het gebruik van een ondersteek of urinoir.
9. Activiteiten en stimulatie:
- Zorg voor mentaal stimulerende activiteiten zoals lezen, puzzelen of tv kijken om verveling te voorkomen.
10. Emotionele ondersteuning:
- Bedrust kan een emotionele uitdaging zijn. Bied emotionele steun en gezelschap om gevoelens van isolatie te voorkomen.
11. Rust en slaap:
- Zorg ervoor dat ze voldoende rust en een comfortabele slaapomgeving krijgen. Gebruik kussens en dekens ter ondersteuning.
12. Medicatiebeheer:
- Assisteren bij het innemen van medicijnen en het bijhouden van doseringen. Volg de instructies van de zorgverlener nauwkeurig.
13. Regelmatige controle:
- Controleer vitale functies, zoals temperatuur, hartslag en zuurstofniveaus, zoals geadviseerd door beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg.
14. Veiligheidsmaatregelen:
- Gebruik bedhekken en andere veiligheidsvoorzieningen om vallen en verwondingen te voorkomen.
15. Medische apparatuur:
- Leer hoe u de medische apparatuur gebruikt die is voorgeschreven voor thuiszorg. Vraag om gedegen instructies van zorgverleners.
16. Regelmatige controles:
- Coördineer regelmatige controles en vervolgafspraken met zorgverleners om de voortgang te monitoren en eventuele problemen aan te pakken.
17. Welzijn van de verzorger:
- Voor iemand zorgen die bedrust heeft, kan fysiek en emotioneel uitputtend zijn. Zorg ervoor dat u pauzes neemt en steun zoekt om een burn-out bij uw zorgverlener te voorkomen.
18. Plan voor transitie:
- Als de bedrustperiode langer duurt, werk dan samen met zorgverleners en familieleden om een soepele overgang naar zorg na bedrust te plannen.
Houd er rekening mee dat de zorg voor iemand die bedrust heeft, samenwerking en communicatie met beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg vereist om de best mogelijke zorg en ondersteuning te garanderen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win