1. Verhoogd urinecalcium:
- Diabetes veroorzaakt doorgaans een hoog calciumgehalte in de urine, een belangrijke risicofactor voor de vorming van nierstenen. Een verstoord metabolisme bij diabetes kan leiden tot uitscheiding van calcium via de urine.
2. Verlaagd urinecitraat:
- Citraat in de urine helpt kristallisatie van mineralen en steenvorming te voorkomen. Diabetes kan het citraatgehalte in de urine verlagen, waardoor de natuurlijke bescherming tegen nierstenen afneemt.
3. Uitdroging:
- Mensen met diabetes lopen over het algemeen een groter risico op uitdroging, omdat diabetes de vocht- en elektrolytenbalans van het lichaam beïnvloedt. Een hogere urineconcentratie met minder volume houdt verband met een verhoogde neiging om nierstenen te vormen.
4. Obesitas:
- Obesitas of overgewicht, wat vaker voorkomt bij mensen met diabetes, is een onafhankelijke risicofactor voor het ontwikkelen van nierstenen.
5. Metabolische afwijkingen:
- Diabetes wordt in verband gebracht met bepaalde stofwisselingsafwijkingen die de vorming van nierstenen beïnvloeden, zoals insulineresistentie en een veranderd mineraalmetabolisme.
6. Genetische aanleg:
- Mensen met diabetes kunnen genetische variaties hebben waardoor de kans groter is dat ze nierstenen vormen, onafhankelijk van de diabetes zelf. Sommige genetische eigenschappen die veel voorkomen bij diabetes houden verband met steenvorming.
Over het geheel genomen verhoogt de aanwezigheid van diabetes het risico op het ontwikkelen van nierstenen als gevolg van veranderingen in de urinesamenstelling, hydratatie, metabolische veranderingen en onderliggende genetische factoren. Goede hydratatie, dieetaanpassingen, diabetesbeheersing en het opvolgen van medische aanbevelingen kunnen dit risico bij mensen met diabetes helpen verminderen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win