Zuurstof komt tijdens het inademen via de longen het lichaam binnen. Vanuit de longen wordt zuurstofrijk bloed door het hart door de aorta, de belangrijkste slagader van het lichaam, gepompt. De aorta vertakt zich in kleinere slagaders, die zuurstofrijk bloed aan verschillende organen en weefsels, waaronder de nieren, leveren.

Binnen de nieren vertakken de nierslagaders zich in kleinere arteriolen en haarvaten, de kleinste bloedvaten, die een netwerk vormen rond de nefronen, de functionele eenheden van de nieren. Zuurstof diffundeert vanuit de haarvaten naar het omringende nierweefsel en bereikt de individuele cellen in de nieren.

Het zuurstofrijke bloed dat de nieren verlaat, keert via de nieraderen terug naar het hart en circuleert vervolgens naar andere delen van het lichaam via de vena cava, de grote ader die zuurstofarm bloed terug naar het hart voert.