- Bevat verzwakte (verzwakte) vormen van het virus of de bacterie die een ziekte veroorzaakt.
- Voorbeelden:mazelen, bof, rubella (MMR), varicella (waterpokken), rotavirus, polio
Geïnactiveerde vaccins
- Bevat gedode virussen of bacteriën die chemisch zijn geïnactiveerd.
- Voorbeelden:polio, hepatitis A, hondsdolheid
Toxoïdvaccins
- Bevat geïnactiveerde gifstoffen geproduceerd door bacteriën.
- Voorbeelden:difterie, tetanus, kinkhoest (kinkhoest)
Subeenheidvaccins
- Bevat gezuiverde stukjes van een virus of bacterie.
- Voorbeelden:hepatitis B, humaan papillomavirus (HPV)
Conjugaatvaccins
- Combineer een polysacharide (een soort suiker) uit de bacterie met een eiwitdrager.
- Voorbeelden:Haemophilus influenzae type b (Hib), meningokokken, pneumokokken
mRNA-vaccins
- Bevat messenger-RNA (mRNA) dat codeert voor het antigeen van het virus of de bacterie.
- Voorbeelden:COVID-19
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win