- Alloantilichamen: Dit zijn antilichamen die worden geproduceerd tegen antigenen die aanwezig zijn op de rode bloedcellen van andere individuen binnen dezelfde soort. Alloantilichamen kunnen hemolytische transfusiereacties en hemolytische ziekte bij de pasgeborene veroorzaken.
- Auto-antilichamen: Dit zijn antilichamen die worden aangemaakt tegen antigenen die op de lichaamseigen cellen aanwezig zijn. Auto-antilichamen kunnen auto-immuunziekten veroorzaken, zoals lupus, reumatoïde artritis en auto-immuun hemolytische anemie.
- Door geneesmiddelen geïnduceerde antilichamen: Dit zijn antilichamen die worden aangemaakt als reactie op bepaalde medicijnen. Geneesmiddelgeïnduceerde antilichamen kunnen een verscheidenheid aan bijwerkingen veroorzaken, waaronder hemolytische anemie, trombocytopenie en agranulocytose.
- Verkoudheidsantistoffen: Dit zijn antilichamen die bij lage temperaturen (meestal onder de 37 graden Celsius) reageren met rode bloedcellen. Koude antilichamen kunnen hemolytische anemie veroorzaken, vooral bij patiënten die gedurende langere tijd aan koude temperaturen worden blootgesteld.
- Warme antilichamen: Dit zijn antistoffen die bij lichaamstemperatuur (37 graden Celsius) reageren met rode bloedcellen. Warme antilichamen kunnen hemolytische anemie veroorzaken, vooral bij patiënten met een voorgeschiedenis van bloedtransfusies of die zwanger zijn.
Atypische antilichamen kunnen een diagnostische uitdaging vormen, omdat ze moeilijk te detecteren en te identificeren zijn. Het is echter belangrijk om atypische antilichamen te identificeren om een passende behandeling te kunnen bieden en complicaties te voorkomen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win