Twee factoren die de bloeddruk beïnvloeden zijn:

1. Hartminuutvolume: Dit verwijst naar de hoeveelheid bloed die per minuut door het hart wordt weggepompt. Hoe hoger het hartminuutvolume, hoe hoger de bloeddruk. Factoren zoals de hartslag, het slagvolume (de hoeveelheid bloed die bij elke hartslag wordt weggepompt) en de contractiliteit (de kracht van de samentrekkingen van het hart) hebben allemaal invloed op het hartminuutvolume.

2. Systemische vasculaire weerstand: Dit vertegenwoordigt de weerstand tegen de bloedstroom in de bloedvaten. Hoe smaller de bloedvaten, hoe hoger de weerstand en hoe hoger de bloeddruk. Factoren zoals de tonus van de bloedvatwanden (beïnvloed door hormonen, zenuwactiviteit en andere stoffen) en het bloedvolume kunnen de systemische vasculaire weerstand beïnvloeden.