1. Leverziekte:Acute of chronische leveraandoeningen kunnen leiden tot lage ALT-waarden. Dit omvat aandoeningen zoals virale hepatitis, alcoholische leverziekte, niet-alcoholische leververvetting, cirrose en leverfalen.
2. Medicijnen:Bepaalde medicijnen kunnen de ALT-productie verstoren of een afname van de activiteit ervan veroorzaken. Deze omvatten bepaalde antibiotica (zoals erytromycine), ontstekingsremmende medicijnen (zoals ibuprofen en naproxen), statines (cholesterolverlagende medicijnen) en sommige chemotherapiemiddelen.
3. Zwangerschap:Tijdens de zwangerschap kunnen de ALT-waarden van nature afnemen, vooral in het tweede en derde trimester. Dit komt door hormonale veranderingen en een verhoogd bloedvolume.
4. Spieraandoeningen:ALT kan verhoogd zijn bij spieraandoeningen zoals spierdystrofie, maar in sommige gevallen kan het ook laag zijn.
5. Voedingstekorten:Ernstige tekorten aan bepaalde vitamines en mineralen, zoals vitamine B6 en magnesium, kunnen leiden tot lage ALT-waarden.
6. Genetische aandoeningen:Zeldzame genetische aandoeningen, zoals de ziekte van Wilson (een stoornis van het kopermetabolisme) en hemochromatose (ijzerstapelingsstoornis), kunnen lage ALT-waarden veroorzaken.
Het is belangrijk op te merken dat lage ALT-niveaus op zichzelf niet noodzakelijkerwijs op een gezondheidsprobleem duiden. Ze moeten worden geïnterpreteerd in de context van iemands algehele gezondheid, symptomen en andere laboratoriumtestresultaten. Als u zich zorgen maakt over lage ALT-waarden, is het raadzaam een zorgverlener te raadplegen voor evaluatie en een juiste diagnose.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win