Vaatverwijding: Anticholinergica remmen het parasympathische zenuwstelsel, wat ontspanning en verwijding van de bloedvaten kan veroorzaken. Deze vasodilatatie leidt tot een afname van de perifere vasculaire weerstand, wat resulteert in een daling van de bloeddruk.
Verlaagde hartslag: Anticholinergica kunnen ook de hartslag vertragen, een aandoening die bekend staat als bradycardie. Een langzamere hartslag betekent dat het hart minder bloed per minuut rondpompt, wat verder kan bijdragen aan een lage bloeddruk.
Verminderde vochtretentie: Sommige anticholinergica kunnen een diuretisch effect hebben, waardoor de urineproductie toeneemt. Dit kan leiden tot een vermindering van het vloeistofvolume van het lichaam en daaropvolgende hypotensie.
Autonome disfunctie: Anticholinergische medicijnen kunnen de functie van het autonome zenuwstelsel, dat onwillekeurige lichaamsfuncties zoals bloeddrukcontrole reguleert, aantasten. Ontregeling van deze systemen kan leiden tot hypotensie.
Risicofactoren en overwegingen: Ouderen en personen met onderliggende cardiovasculaire aandoeningen zijn gevoeliger voor door anticholinergica geïnduceerde hypotensie. Andere factoren zoals uitdroging, verstoorde elektrolytenbalans en gelijktijdige medicatie kunnen ook het risico op lage bloeddruk verhogen.
Toezicht en beheer: Als hypotensie optreedt als bijwerking van anticholinergica, is het essentieel om de bloeddruk regelmatig te controleren en indien nodig de dosering of medicatie aan te passen. In ernstige gevallen kunnen aanvullende medicijnen of interventies nodig zijn om de lage bloeddruk onder controle te houden.
Overleg met een zorgverlener: Het is belangrijk om een zorgverlener te raadplegen als u tijdens het gebruik van anticholinergische medicijnen een significante of aanhoudende lage bloeddruk ervaart. Zij kunnen de onderliggende oorzaak beoordelen, passende behandelaanbevelingen geven en eventuele noodzakelijke aanpassingen aan uw medicatieregime aanbrengen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win