HIV (humaan immunodeficiëntievirus)

- Seksueel contact met een besmet persoon. Dit omvat vaginale, anale of orale seks met iemand die HIV heeft.

- Het delen van naalden of andere drugsbenodigdheden met een besmet persoon.

- Van moeder op kind tijdens de zwangerschap, bevalling of borstvoeding als de moeder positief is en geen effectieve behandeling krijgt.

HBV (hepatitis B-virus)

- Contact met geïnfecteerd bloed of lichaamsvloeistoffen. Dit kan gebeuren door bloedtransfusies, het delen van naalden of andere drugsbenodigdheden, seksueel contact met een geïnfecteerde persoon, blootstelling aan open wonden of zweren, en accidentele prikken of scherpe verwondingen onder gezondheidswerkers.

- Perinatale overdracht van moeder op kind. Geïnfecteerde moeders kunnen tijdens de zwangerschap en de bevalling HBV doorgeven aan hun baby's als ze niet goed worden behandeld.