Over het algemeen worden gereguleerde stoffen ingedeeld in verschillende schema's op basis van hun potentieel voor misbruik en afhankelijkheid, waarbij Schedule II-medicijnen het hoogste potentieel voor misbruik hebben en Schedule V-medicijnen het laagste. De frequentie van bijvullen kan voor elk schema variëren.
Hier volgt een algemeen overzicht van de bijvulintervallen voor gereguleerde stoffen:
- Schedule II-medicijnen:dit zijn doorgaans de strengst gecontroleerde stoffen, en navullingen zijn vaak verboden of strikt beperkt. In de meeste gevallen kunnen Schedule II-medicijnen niet worden bijgevuld zonder een nieuw recept van de zorgverlener.
- Medicijnen volgens schema III en IV:het kan zijn dat deze medicijnen met bepaalde tussenpozen moeten worden bijgevuld, bijvoorbeeld elke 30 dagen of elke 90 dagen. Het specifieke tijdsbestek zal afhangen van de overheidsvoorschriften en de kans op misbruik van het medicijn.
- Schedule V-medicijnen:deze medicijnen hebben een lager risico op misbruik en afhankelijkheid, en navullingen zijn mogelijk vaker toegestaan. Navullingen voor Schedule V-medicijnen kunnen voor langere perioden worden toegestaan, zoals elke zes maanden of zelfs één keer per jaar.
Het is belangrijk op te merken dat dit algemene richtlijnen zijn en dat specifieke voorschriften van staat tot staat kunnen verschillen. Raadpleeg altijd uw arts, apotheker of het staatsapotheekbestuur om de specifieke navulrichtlijnen voor een bepaalde gereguleerde stof te bepalen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win