Spijsvertering

De oppervlakte van het spijsverteringsstelsel is belangrijk voor de opname van voedingsstoffen. Hoe groter het oppervlak, hoe meer voedingsstoffen kunnen worden opgenomen. Dit is de reden waarom de dunne darm zoveel plooien en villi heeft. De plooien vergroten het oppervlak van de dunne darm met een factor 10, en de villi vergroten het oppervlak met een factor 100.

Ademhaling

Het oppervlak van het ademhalingssysteem is belangrijk voor de uitwisseling van gassen. Hoe groter het oppervlak, hoe meer zuurstof kan worden opgenomen en hoe meer koolstofdioxide kan worden vrijgegeven. Dit is de reden waarom de longen zoveel longblaasjes hebben. De longblaasjes zijn kleine zakjes die het oppervlak van de longen met een factor 100 vergroten.

Bij zowel de spijsvertering als de ademhaling is het oppervlak belangrijk voor de beweging van moleculen door een membraan. Hoe groter het oppervlak, hoe sneller de moleculen door het membraan kunnen bewegen. Dit is de reden waarom de dunne darm en de longen zulke grote oppervlakken hebben.