1. Was je handen: Begin met het grondig wassen van uw handen met water en zeep om de introductie van bacteriën te voorkomen.
2. Verzamel benodigdheden: Je hebt nodig:
- Een spuit van 60 ml
- Normale zoutoplossing (meestal verstrekt door de zorginstelling)
- Voedingsslangklem of een stukje schone tape
- Handschoenen
3. Handschoenen aantrekken: Draag handschoenen om uw handen te beschermen tegen contact met de afscheidingen van de patiënt.
4. Knijp de buis vast: Klem de NG-sonde voorzichtig vast of gebruik een stukje schone tape om de stroom van de voedingsformule tijdelijk te stoppen.
5. Aspireer het residu: Sluit de spuit van 60 ml aan op de NG-buis. Trek de zuiger van de spuit langzaam terug om de resterende inhoud van de maag voorzichtig op te zuigen. Trek de spuit terug totdat u een weerstand bereikt.
6. Noteer het bedrag: Noteer de hoeveelheid verkregen residu in milliliter (ml) op de patiëntenkaart of het zorgplan.
7. Residu voorzichtig opnieuw introduceren: Als het restvolume minder is dan 100-150 ml, breng het dan voorzichtig terug in de maag door het langzaam terug te duwen door de spuit terwijl het slangetje nog steeds vastzit.
8. Maak de buis los: Nadat u het residu opnieuw hebt ingebracht of als het meer dan 150 ml was, maakt u de slang los of verwijdert u de tape zodat de voeding kan worden hervat.
9. Document: Documenteer de procedure en eventuele observaties, inclusief de hoeveelheid verkregen residu en de reactie van de patiënt, in het medisch dossier van de patiënt.
Houd er rekening mee dat deze stappen moeten worden uitgevoerd volgens het protocol dat door uw zorginstelling is opgesteld. Als u zich zorgen maakt of onzeker bent, raadpleeg dan de behandelend arts of verpleegkundige voor advies.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win