Cellen in de maagwand verteren zichzelf niet. Ze produceren pepsinogeen, een zymogeen of inactieve vorm van het enzym pepsine. Pepsinogeen wordt uitgescheiden in het maaglumen, waar het wordt geactiveerd door de zure omgeving en wordt omgezet in pepsine. Pepsine begint dan eiwitten af ​​te breken in het voedsel dat we eten.

De cellen in de maagwand worden door een dikke laag slijm beschermd tegen vertering door pepsine. Deze slijmlaag helpt ook voorkomen dat het maagzuur de cellen beschadigt.

Hoewel cellen in de maagwand dus pepsinogeen produceren, verteren ze zichzelf niet dankzij de beschermende slijmlaag.