Gezondheid en ziekte gezondheid logo
Brain zenuwstelsel

experiment met de zenuw gaf aan dat de snelheid van de zenuwimpuls was?

Experimenteren:

Onderzoeker: Herman von Helmholtz (1850)

Methode:

1. Een spier (gastrocnemius) werd direct gestimuleerd en de tijd die nodig was voor het samentrekken van de spier werd gemeten.

2. Een zenuw (heupzenuw) werd op twee verschillende punten gestimuleerd, met een bekende afstand ertussen, en de tijd die nodig was om de spier samen te trekken werd gemeten.

Resultaten:

De tijd die nodig was voor het samentrekken van de spier was korter wanneer de zenuw dichter bij de spier werd gestimuleerd dan wanneer deze verder weg werd gestimuleerd. Dit suggereerde dat de snelheid van de zenuwimpuls eindig was en niet ogenblikkelijk.

Berekeningen:

De snelheid van de zenuwimpuls werd berekend door de afstand tussen de twee stimulatiepunten te delen door het verschil in de tijd die de spier nodig had om samen te trekken.

```

Snelheid van zenuwimpuls =afstand tussen stimulatiepunten / verschil in tijd

```

In het experiment van Helmholtz was de afstand tussen de twee stimulatiepunten 3 m en het tijdsverschil 0,002 s.

```

Snelheid van zenuwimpuls =3 m / 0,002 s =1500 m/s

```

Daarom bleek de snelheid van de zenuwimpuls in de heupzenuw van een kikker ongeveer 1500 m/s te zijn.

Conclusie:

Het experiment van Helmholtz toonde aan dat de snelheid van de zenuwimpuls eindig is en niet ogenblikkelijk. Deze bevinding was belangrijk om te begrijpen hoe het zenuwstelsel informatie communiceert en verwerkt.

Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win