2. Principe van wederzijdse innervatie: Tijdens vrijwillige beweging worden de agonistische spieren die de gewenste beweging produceren geactiveerd, terwijl hun antagonistische spieren tegelijkertijd worden geremd. Deze wederzijdse innervatie zorgt voor gecoördineerde spieracties en voorkomt ongewenste spiersamentrekkingen.
3. Principe van controle van bovenste motorneuronen: De bovenste motorneuronen, gelegen in de hersenschors en de hersenstam, sturen axonen die synapsen met lagere motorneuronen in het ruggenmerg. De bovenste motorneuronen zijn verantwoordelijk voor het initiëren en controleren van vrijwillige bewegingen.
4. Principe van somatotopie: De organisatie van de somatische motorische cortex en het ruggenmerg is somatotopisch, wat betekent dat aangrenzende gebieden in de hersenen en het ruggenmerg aangrenzende spiergroepen in het lichaam controleren. Deze ordelijke opstelling maakt nauwkeurige controle van individuele spieren en gecoördineerde bewegingen mogelijk.
5. Principe van corticospinale tractuscontrole: Het corticospinale kanaal (piramidale kanaal) is de primaire route van de bovenste motorneuronen, afkomstig van de hersenschors en aflopend naar het ruggenmerg. De axonen van de corticospinale neuronen eindigen op lagere motorneuronen in het ruggenmerg, waardoor vrijwillige bewegingen direct worden beïnvloed.
6. Principe van de werving van motoreenheden: Tijdens spiercontractie worden motorneuronen in een specifieke volgorde gerekruteerd op basis van hun grootte en functie. Kleinere motorneuronen innerveren langzame, vermoeidheidsbestendige spiervezels en worden als eerste gerecruteerd. Naarmate de krachtbehoefte toeneemt, worden grotere motorneuronen gerekruteerd om snel bewegende, krachtige spiervezels te activeren.
Deze principes zorgen gezamenlijk voor een gecoördineerde controle van de skeletspieractiviteit, waardoor soepele, doelgerichte en nauwkeurige bewegingen mogelijk zijn die nodig zijn voor dagelijkse activiteiten en vaardige taken.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win