1. Bovenste motorneuronen:
De bovenste motorneuronen vinden hun oorsprong in de motorcortex van de hersenen, met name de primaire motorcortex (gebied 4) en de premotorische cortex. Deze neuronen zenden vrijwillige motorische commando's van de hersenen naar de lagere motorneuronen in de hersenstam en het ruggenmerg.
Functies:
- Initiatie van beweging: De bovenste motorneuronen ontvangen signalen van andere delen van de hersenen die betrokken zijn bij het plannen en coördineren van bewegingen, zoals de basale ganglia en het cerebellum. Vervolgens sturen ze signalen om vrijwillige spiersamentrekkingen te initiëren.
- Controle van de spiertonus: De bovenste motorneuronen helpen de spiertonus te behouden, de gedeeltelijke samentrekking van spieren, waardoor het lichaam rechtop blijft staan en het wordt voorbereid op beweging.
2. Lagere motorneuronen:
Lagere motorneuronen vinden hun oorsprong in de hersenstam en het ruggenmerg en strekken zich uit tot aan de spieren. Ze vormen het laatste pad voor het overbrengen van motorische commando's van de bovenste motorneuronen naar de spieren.
Functies:
- Innervatie van spieren: Lagere motorneuronen innerveren skeletspieren en vormen neuromusculaire kruispunten waar ze acetylcholine vrijgeven om spiercontractie te stimuleren.
- Reflexacties: Lagere motorneuronen zijn ook betrokken bij reflexacties, dit zijn onvrijwillige, snelle reacties op stimuli die de hersenen omzeilen.
Autoroutes:
De motorische routes bestaan uit de neurale verbindingen tussen de bovenste en onderste motorneuronen. De belangrijkste motorroutes zijn onder meer:
- Corticospinaal (piramidale) kanaal: Dit pad transporteert motorische commando's rechtstreeks van de motorcortex naar de lagere motorneuronen in het ruggenmerg. Het is verantwoordelijk voor bekwame en vrijwillige bewegingen.
- Extrapiramidale kanalen: Deze routes, waaronder de rubrospinale, vestibulospinale en tectospinale banen, zijn afkomstig uit verschillende delen van de hersenstam en helpen bij het coördineren van bewegingen, het handhaven van het evenwicht en het beheersen van de spiertonus.
De motorische functie van het zenuwstelsel stelt ons in staat verschillende bewegingen uit te voeren, van eenvoudige handelingen zoals lopen en praten tot complexe taken zoals het bespelen van een muziekinstrument of schrijven. Schade of disfunctie van een deel van het motorische pad kan leiden tot bewegingsstoornissen, zoals verlamming, spierzwakte of verminderde coördinatie.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win