Ellebooggewricht:
Het ellebooggewricht is een scharniergewricht waarmee de arm kan buigen en strekken. Bij het optillen van een voorwerp trekt de bicepsspier samen en trekt de ellepijp naar boven, waardoor de elleboog buigt (buigt). Terwijl de arm zich strekt, trekt de tricepsspier samen en trekt de ulna terug in zijn uitgestrekte positie.
Polsgewricht:
Het polsgewricht is een complex gewricht waarmee de hand in verschillende richtingen kan bewegen, waaronder flexie, extensie, radiale afwijking en ulnaire afwijking. Bij het optillen van een voorwerp trekken de polsflexoren samen, waardoor de hand en de ellepijp naar beneden worden getrokken, waardoor de pols buigt (buigt). Wanneer het voorwerp wordt neergelaten, trekken de polsextensoren samen, waardoor de hand en de ellepijp terug worden getrokken naar de uitgestrekte positie.
Tijdens deze bewegingen beweegt de ulna in een combinatie van flexie en extensie van het ellebooggewricht, evenals flexie, extensie en enige rotatie van het polsgewricht. Door de gecoördineerde werking van deze spieren en gewrichten kunnen we voorwerpen soepel en efficiënt optillen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win