1. Hechting:De virusdeeltjes hechten zich aan specifieke receptoren op het oppervlak van gevoelige gastheercellen, zoals ademhalingsepitheelcellen bij vogels of mensen.
2. Binnenkomst:Het virus komt de gastheercel binnen door fusie van de virale envelop met het celmembraan of door endocytose.
3. Ontmantelen:Eenmaal in de cel versmelt de virale envelop met het celmembraan, waardoor het virale RNA en andere componenten vrijkomen in het cytoplasma.
4. Replicatie:Het virale RNA dient als sjabloon voor transcriptie en replicatie. Het virale RNA-polymerase transcribeert het virale RNA in complementaire RNA-strengen (cRNA). Het cRNA dient vervolgens als sjabloon voor de synthese van nieuwe virale RNA-moleculen.
5. Assemblage:De nieuw gesynthetiseerde virale RNA-moleculen associëren zich met virale eiwitten om nieuwe virusdeeltjes te vormen. De virale eiwitten worden gesynthetiseerd door de ribosomen van de gastheercel met behulp van viraal mRNA.
6. Vrijgave:De nieuw samengestelde virusdeeltjes hopen zich op in het cytoplasma en ontkiemen uit het gastheercelmembraan, waarbij ze tijdens het proces een envelop verkrijgen die is afgeleid van het gastheercelmembraan. De ontluikende virussen kunnen zich vervolgens verspreiden en andere gevoelige cellen infecteren.
7. Celdood:De lytische replicatiecyclus van het vogelgriepvirus leidt uiteindelijk tot de vernietiging van de gastheercel. Het vrijkomen van virale deeltjes en de daarmee gepaard gaande cellulaire schade zorgen ervoor dat de gastheercel lyseert (openbreekt) en de inhoud ervan vrijgeeft aan de extracellulaire omgeving.
Het is belangrijk op te merken dat hoewel de lytische cyclus voor veel virussen een gebruikelijke replicatiestrategie is, sommige virussen zich ook kunnen vermenigvuldigen via een niet-lytische route die bekend staat als de lysogene cyclus. In de lysogene cyclus integreert het virale DNA in het genoom van de gastheercel en blijft het inactief zonder onmiddellijke celdood te veroorzaken.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win