1. Ademhalingsoppervlakken :Dit zijn gespecialiseerde oppervlakken waar gasuitwisseling plaatsvindt. Voorbeelden hiervan zijn de longblaasjes in de longen van zoogdieren, de kieuwen bij vissen en de luchtpijp bij insecten. De ademhalingsoppervlakken zijn vaak dun, vochtig en sterk gevasculariseerd om de gasdiffusie te maximaliseren.
2. Ademhalingspigmenten :Dit zijn moleculen die zich binden aan zuurstof en deze door het lichaam transporteren. Het meest voorkomende ademhalingspigment is hemoglobine, dat wordt aangetroffen in de rode bloedcellen van mensen en veel andere dieren. Andere ademhalingspigmenten zijn onder meer myoglobine, dat wordt aangetroffen in spierweefsel, en hemocyanine, dat wordt aangetroffen in sommige ongewervelde dieren.
3. Ademhalingsenzymen :Dit zijn enzymen die de reacties katalyseren die betrokken zijn bij de ademhaling, zoals de afbraak van glucose en het vrijkomen van energie. Enkele belangrijke ademhalingsenzymen zijn cytochroomoxidase, ATP-synthase en lactaatdehydrogenase.
4. Ademhalingsspieren :Dit zijn spieren die de beweging van lucht in en uit het ademhalingssysteem regelen. Bij zoogdieren zijn de primaire ademhalingsspieren het middenrif en de intercostale spieren.
5. Luchtwegen :Dit zijn doorgangen waardoor lucht in en uit het ademhalingssysteem kan stromen. Bij mensen omvatten de luchtwegen de neus, keelholte, strottenhoofd, luchtpijp, bronchiën en bronchiolen.
6. Ademhalingscontrolecentra :Dit zijn delen van de hersenen die de snelheid en diepte van de ademhaling regelen. Het primaire ademhalingscontrolecentrum bevindt zich in de medulla oblongata.
7. Ademhalingsstimulantia en -depressiva :Dit zijn stoffen die de snelheid en diepte van de ademhaling kunnen veranderen. Ademhalingsstimulantia omvatten cafeïne, nicotine en amfetaminen, terwijl ademhalingsdepressiva alcohol, opioïden en benzodiazepinen omvatten.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win